Warmtewet
Chris huurt van Woonstad een woning.
Woonstad heeft over 2014 aan servicekosten € 689,38 bij Chris in rekening gebracht.
Chris heeft de huurcommissie gevraagd een uitspraak te doen over de servicekosten over 2014. De huurcommissie heeft servicekosten in totaal op € 670,70 vastgesteld.
Woonstad vordert
Woonstad vordert voor recht te verklaren dat Chris over 2014 in totaal € 689,38 aan servicekosten aan Woonstad verschuldigd is.
Beoordeling door de kantonrechter
Het gaat in deze zaak om de vraag of Woonstad, zoals zij stelt, het recht heeft naar eigen inzicht, en dus zonder de verplichting deze te specificeren, gebruiksonafhankelijke kosten in rekening mag brengen bij haar huurders, zolang deze kosten het door de Autoriteit Consument en Markt vastgestelde maximumbedrag maar niet overschrijden.
De kantonrechter deelt het standpunt van Woonstad niet. Het doel van de Warmtewet is consumentenbescherming. De Warmtewet heeft onder andere tot doel individuele gebruikers te beschermen tegen te hoge tarieven. Deze beschermingsgedachte verdraagt zich niet met een verhuurder die naar eigen inzicht, en zonder daar verantwoording over af te hoeven leggen, gebruiksonafhankelijke kosten in rekening brengt. De kosten moeten controleerbaar zijn.
De conclusie is dat de vordering van Woonstad niet toewijsbaar is. Die vordering wordt dan ook afgewezen en er wordt in plaats daarvan, zoals ook door Chris gevraagd, bepaald dat de servicekosten over 2014, zoals ook door de huurcommissie vastgesteld, in totaal € 670,70 bedragen.
De hierboven weergegeven casus is een samenvatting. Omwille van de leesbaarheid is de naam Chris gefingeerd. De volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBROT:2016:8645