Reparatie camper
Eiseres heeft in opdracht en voor rekening van gedaagden werkzaamheden verricht aan de camper van gedaagden. Er was sprake van een storing aan de motor. Eiseres heeft voor de werkzaamheden € 452,82 in rekening gebracht. Gedaagden verweren zich tegen de hoogte van de factuur. Eiseres laat het er niet bij zitten en besluit gedaagden te dagvaarden voor de kantonrechter.
Oordeel kantonrechter
Gedaagden verweren zich met de stelling dat eiseres meer dan een half jaar heeft afgewacht, alvorens de factuur te verstrekken. Het gegeven dat eiseres meer dan een half jaar na de datum van uitvoering van de werkzaamheden heeft opgesteld, brengt echter niet mee dat eiseres niet langer gerechtigd is de betaling van deze werkzaamheden van gedaagden te verlangen.
Eiseres heeft een aantal werkzaamheden beschreven, maar de aan deze werkzaamheden bestede tijd heeft zij niet inzichtelijk gemaakt. Eiseres heeft een handgeschreven werkplaatsbon in het geding gebracht, die kennelijk is opgesteld door de monteur die aan de camper heeft gewerkt. Voor het uitvoeren van een korte test is bijvoorbeeld een bedrag van € 32,92 aan gedaagden in rekening gebracht. Eiseres geeft aan dat het bedrag een landelijk door Mercedes Benz vastgesteld bedrag is, waarbij onder andere is gekeken naar de tijd die het uitvoeren van een bepaalde test kost.
Geen van de partijen heeft gesteld dat is overeengekomen dat de opdracht tegen vooraf vastgestelde standaardbedragen zou worden uitgevoerd.
Tegen die achtergrond moet worden vastgesteld dat eiseres niet inzichtelijk heeft gemaakt in hoeverre de in rekening gebrachte bedragen redelijk zijn.
Het is dan aan de kantonrechter om een redelijke vergoeding vast te stellen voor de uitvoering van de opdracht.
De kantonrechter neemt daarbij tot uitgangpunt dat eiseres slechts een diagnose heeft gesteld, en dat er dus – behoudens klein materiaal - geen onderdelen zijn vervangen. Dit laatste geldt ook voor de drukomvormer; deze bleek niet defect dus is de oorspronkelijke drukomvormer weer teruggeplaatst.
De kantonrechter overweegt vervolgens dat er geen aanleiding bestaat om te twijfelen aan de beschrijving van de werkzaamheden die de monteur heeft uitgevoerd, en dat deze werkzaamheden ook getuigen van een systematische en juiste benadering om tot vaststelling van het euvel aan de motor te komen.
Gelet op de tijdsbesteding die in ieder geval met deze werkzaamheden zou zijn gemoeid, daarbij rekening houdende met een gemiddeld uurtarief voor een gekwalificeerd automonteur, voorts rekening houdende met de gebruikelijk hulpstoffen- en milieutoeslag en het feit dat tussen partijen vaststaat dat de doorberekende brandstof ad € 32,14 moet worden afgerekend, komt de kantonrechter tot een redelijke vergoeding van € 290,00 exclusief BTW, hetgeen een bedrag van € 345,10 inclusief BTW oplevert.