Overeenkomst van opdracht
Tussen partijen is in 2017 een overeenkomst van opdracht tot stand gekomen waarbij Timbee ten behoeve van ABC (internet)marketingwerkzaamheden heeft verricht tegen een uurtarief van € 75,00
ABC heeft de door Timbee verzonden facturen vanaf oktober 2017 tot medio mei 2018 voldaan, maar vanaf medio 2018 heeft zij deze (gedeeltelijk) onbetaald gelaten.
Timbee heeft vanaf februari 2019 geen werkzaamheden meer verricht voor ABC.
(Aangezien ABC weigert de openstaande facturen te betalen, besluit Timbee tot dagvaarding over te gaan, red.).
De vordering
Timbee vordert dat de kantonrechter ABC veroordeelt tot betaling van € 6.679,39
De kantonrechter overweegt als volgt:
Het geschil tussen partijen spitst zich toe op de vraag of ABC gehouden is de door Timbee bij haar in rekening gebrachte facturen te voldoen.
Timbee heeft gemotiveerd gesteld dat zij conform de door haar aan ABC verstrekte offerte maandelijks gemiddeld twaalf uur heeft gewerkt en gefactureerd. Ter onderbouwing van haar stelling heeft Timbee verwezen naar haar e-mail aan ABC van 19 februari 2019 waarin zij de door haar gewerkte en in rekening gebrachte uren vanaf oktober 2018 heeft verantwoord en gespecificeerd.
Dit blijkt tevens uit het urenoverzicht waarin Timbee inzage heeft gegeven in haar werkzaamheden. Timbee heeft verder toegelicht dat uit het urenoverzicht volgt dat in december 2019 weliswaar niet de volledige twaalf uur is gewerkt maar dat zij deze uren heeft gecompenseerd met andere maanden waarin juist meer uren zijn gewerkt, zoals de maand november 2018. Uit het overgelegde urenoverzicht volgt tot slot dat zij in plaats van de overeengekomen twaalf uur, gemiddeld dertien uur per maand heeft gewerkt.
Verweer en uitspraak
ABC heeft de urenverantwoording van Timbee onvoldoende gemotiveerd weersproken. Met een enkele blote betwisting kan niet worden volstaan. Bovendien heeft ABC tot december 2018 nooit geklaagd bij Timbee over de gewerkte uren en zij heeft de overige facturen, met hetzelfde aantal uren namelijk twaalf, zonder protest voldaan.
Gelet op hetgeen hiervoor is geoordeeld wordt ook het verweer van ABC dat Timbee niet zou hebben gehandeld als goed opdrachtnemer omdat zij geen (uren-)verantwoording zou hebben afgelegd, gepasseerd. Datzelfde geldt voor het verweer dat Timbee toerekenbaar tekort zou zijn geschoten jegens ABC . Gesteld noch gebleken is dat Timbee in gebreke is gesteld, zodat zij niet in verzuim is komen te verkeren.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat in voldoende mate vast staat dat Timbee maandelijks gemiddeld twaalf uur heeft gewerkt ten behoeve van ABC. Dat betekent dat ABC de door Timbee in rekening gebrachte facturen ten onrechte onbetaald heeft gelaten.
De hierboven weergegeven casus is een samenvatting en de naam ABC is in verband met de leesbaarheid van het artikel gefingeerd. De volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBGEL:2020:2378&showbutton=true