De Staat verbiedt vluchten Lufthansa
Lufthansa vervoerde meerdere malen per week bloemen vanuit Ecuador en Colombia naar Schiphol, via een tussenstop op Amerikaans grondgebied. Lufthansa was op grond van het luchtvaartverdrag tussen de Europese Unie en de VS van mening dat een vergunning daarom niet nodig was. De Staat was het daarmee oneens en nam het besluit om de vluchten te verbieden. Lufthansa wilde van het verbod af en begon bij de rechtbank een procedure tegen de Nederlandse staat.
De rechtbank is van oordeel dat Lufthansa een vergunning nodig heeft, omdat het onderlinge luchtverkeer tussen de Zuid-Amerikaanse landen en Nederland aan regels gebonden is. Nederland heeft met zowel Ecuador als Colombia hierover verdragen ondertekend. Het argument van Lufthansa dat het als gevolg van een tussenstop in Puerto Rico op basis van het luchtvaartverdrag tussen de Europese Unie en de VS vrije doortocht zou hebben, heeft de rechtbank niet gevolgd. De uitspraak betekent dat Lufthansa de vluchten zonder een daartoe afgegeven vergunning niet mag voortzetten.
Vergunning
Verder heeft de rechtbank bepaald dat Lufthansa op dit moment niet voldoet aan de eisen die de Staat heeft gesteld om de benodigde vergunning te verkrijgen. Lufthansa kan niet als een in Nederland gevestigde luchtvaartmaatschappij worden aangemerkt omdat Lufthansa onder meer geen vliegtuigen in Nederland heeft gestationeerd. De afspraken die Nederland heeft gemaakt met Ecuador en Colombia moeten ten gunste van de Nederlandse economie komen.
De hierboven weergegeven casus is een samenvatting, de volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:
http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBDHA:2013:10623