Mag verhuurder aan huurder een separaat te betalen vergoeding in rekening brengen voor gebruik zonwering?

 

Sjoerd en Jeroen huren van Area een woning voor een huurprijs van thans € 559,38 exclusief servicekosten per maand. Daarnaast betalen Sjoerd en Jeroen maandelijks een bedrag van € 12,95 als vaste vergoeding voor zonwering.  

 

Sjoerd en Jeroen hebben de Huurcommissie gevraagd uitspraak te doen over de vraag of voor de zonwering naast de kale huur maandelijks servicekosten, in dit geval € 12,95, in rekening mag worden gebracht.

 

In haar uitspraak heeft de Huurcommissie overwogen dat als uitgangspunt geldt dat in de servicekosten alleen een gebruiksvergoeding kan worden geheven voor een roerende zaak. De zonwering moet volgens de Huurcommissie als een onroerende zaak worden beschouwd, omdat deze op maat is gemaakt en niet zonder beschadiging van het gehuurde kan worden gescheiden. Daarom moet de zonwering worden geacht te zijn inbegrepen in de huurprijs.

 

Area laat het er niet bij zitten, en besluit deze kwestie aan de kantonrechter voor tge leggen (red).

 

Vordering

 

Area vordert in dit geding:

a   een verklaring voor recht dat de zonwering die aan het gehuurde is aangebracht een roerende zaak is;

b   een verklaring voor recht dat Sjoerd en Jeroen voor het gebruik van de zonwering van het gehuurde aan Area een separaat te betalen vergoeding verschuldigd zijn;

c   vaststelling van de vergoeding voor de zonwering op een bedrag van € 12,95 per maand;

 

Beoordeling door de kantonrechter

 

In geschil is of de zonwering een roerende, dan wel een onroerende zaak is.

 

Dat de zonwering roerend was voorafgaand aan de bevestiging ervan aan het gehuurde, spreekt voor zich. Sjoerd en Jeroen stellen zich echter op het standpunt dat de zonwering onroerend is geworden door de bevestiging aan het gehuurde, omdat het een bestanddeel is geworden van het gehuurde.

 

De kantonrechter oordeelt dat het zonwering niet kan worden aangemerkt als een bestanddeel van het gehuurde.

 

Onvoldoende is gesteld of gebleken dat het zonnescherm naar verkeersopvatting onderdeel uitmaakt van het gehuurde. Zo kan niet worden gezegd dat het gehuurde zonder de zonwering incompleet is. Het gehuurde is zonder de zonwering een volwaardige woning. Voorts geldt dat de stelling van Sjoerd en Jeroen dat de zonwering op maat is gemaakt, op zichzelf nog niet betekent dat de zonwering daarmee onderdeel is geworden van het gehuurde. Area heeft van die stelling gezegd dat het gaat om standaardmaten en dat de zonwering probleemloos aan een andere woning kan worden bevestigd. Niet is gebleken dat het gehuurde enerzijds en de zonwering anderzijds in constructief opzicht specifiek op elkaar zijn afgestemd. Sjoerd en Jeroen hebben wel gesteld dat aan alle woningen in hun blok en ook aan andere woonblokken de zonwering is aangebracht, maar uit niets blijkt dat bij de bouw van woningen rekening is gehouden met de plaatsing van deze specifieke zonwering. Daarnaast heeft Area aangevoerd dat het gaat om standaard zonwering die aan verschillende soorten woningen kan worden aangebracht.

 

Dat het verwijderen van de zonwering tijdrovend en lastig zou zijn, zoals Sjoerd en Jeroen stellen, is onvoldoende onderbouwd. Overigens geldt dat, ook als daarvan zou worden uitgegaan, dat dit op zichzelf niet betekent dat het gehuurde en de zonwering als één zaak moeten worden gezien, omdat daaruit niet blijkt dat de woning en de zonwering niet van elkaar kunnen worden gescheiden.

 

Ten slotte is niet gebleken dat, gelet op de wijze waarop de zonwering aan het gehuurde is bevestigd, dit niet zonder schade van betekenis aan de zonwering of aan het gehuurde van de woning kan worden verwijderd. Uit de stukken, met de daarbij overgelegde foto’s blijkt dat de zonwering met vier bouten in de buitenmuur is verankerd. De gaten die na verwijdering achterblijven kunnen op zichzelf niet worden aangemerkt als schade van betekenis. Voorts is ter zitting gebleken dat er weliswaar een verbinding van buiten naar binnen is aangelegd, zodat de zonwering met een schakelaar van binnenuit kan worden bediend, echter uit de eigen stellingen van Sjoerd en Jeroen blijkt dat die schakelaar onderdeel is van een paneel met lichtknoppen. Na verwijdering van de zonwering blijft ofwel een schakelaar op het paneel aanwezig die geen functie meer heeft, ofwel de plek van de schakelaar kan worden afgedekt met een afdekplaatje. Ook dit kan niet worden aangemerkt als schade van betekenis.

 

De kantonrechter neemt nog in aanmerking dat Sjoerd en Jeroen bij het sluiten van de huurovereenkomst er nadien uitdrukkelijk hebben ingestemd met de bijkomende kosten voor de zonwering.

 

De conclusie is dat de zonwering moet worden aangemerkt als een roerende zaak. Dit betekent dat de gevorderde verklaring voor recht kan worden toegewezen. Uit het oordeel dat de zonwering een roerende zaak is, volgt reeds dat Area daarvoor een vergoeding in rekening mag brengen.

 

De vordering tot vaststelling van de vergoeding voor zonwering op € 12,95 per maand kan worden toegewezen aangezien dat bedrag, zonder verdere toelichting die niet is gegeven, op zichzelf niet kan worden aangemerkt als onredelijk.

 

Ten overvloede merkt de kantonrechter op dat, onder omstandigheden, gerechtvaardigd is dat op enig moment een einde komt aan de verplichting van Sjoerd en Jeroen tot betaling van de vergoeding, bijvoorbeeld als de zonwering geheel is betaald, is afgeschreven of het einde van de economische levensduur heeft bereikt. Dit kan anders zijn als, zoals Area heeft gesteld, de vergoeding tevens is bedoeld om onderhoud en reparaties aan de zonwering te verrichten en deze te vervangen als de zonwering het einde van de economische levensduur heeft bereikt.

 

De hierboven weergegeven casus is een samenvatting en de namen Sjoerd en Jeroen zijn in verband met de leesbaarheid van het artikel gefingeerd. De volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:  

 

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBOBR:2015:167

 

  

Home


Wilt u meer weten over het bovenstaande onderwerp, of heeft u andere vragen aan Schölvinck-Incasso? Dan kunt u mij bereiken via 06 - 46 40 63 26, of gebruik het formulier hieronder om contact met mij op te nemen. U krijgt binnen 24 uur een reactie op uw e-mail.

Opmerking: De met * gemarkeerde velden zijn verplicht.