Payroll moet factuur van Finepro betalen

 

Finepro voert sinds 2014 acquisitiewerkzaamheden uit in opdracht van Payroll, met het doel om namens Payroll salesafspraken in te plannen met potentiële klanten en op die manier nieuwe klanten voor Payroll te werven.

 

Op 15 maart 2020 stuurt Payroll een Whatsapp aan Finepro: Je moet per direct stoppen met bellen voor ons.” Daarop antwoordt Finepro: “Ok. We houden contact”.

 

Op 4 juni 2020 heeft Payroll de overeenkomst met Finepro opgezegd. Finepro heeft op 5 juni 2020 aan Payroll een factuur van € 9.196,00 naar Payroll gestuurd. Payroll heeft de factuur niet betaald. 

 

(Daarom besluit Finepro om Payroll te dagvaarden voor het kantongerecht, red.)

 

Oordeel kantonrechter

 

Een belangrijke rol speelt wat partijen over en weer van elkaar mochten verwachten.

 

Op 15 maart 2020 ontving Finepro een Whatsappbericht van Payroll, inhoudende dat hij per direct moest stoppen met bellen voor Payroll. Vanaf dat moment heeft Finepro geen werkzaamheden meer uitgevoerd, wat het directe gevolg was van het handelen van Payroll (het sturen van het bericht).

 

Naar het oordeel van de kantonrechter is Payroll daarmee tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst, omdat zij Finepro niet in de gelegenheid heeft gesteld zijn werkzaamheden uit te voeren.  

 

De reactie van Finepro op het bericht (“Ok. We houden contact”) kan niet worden gezien als een aanvaarding dat een tijdelijk stopzetten van de uitvoering van de overeenkomst zonder vergoeding zou plaatsvinden. 

 

Bovendien zou het handelen van Payroll, het stopzetten van alle verplichtingen uit de overeenkomst, gevolgd door de opzegging, leiden tot een verkapte, per directe opzegging van de zijde van Payroll. Iets wat partijen door het sluiten van een overeenkomst voor bepaalde tijd, en het opnemen van een opzegtermijn, juist wilden uitsluiten.

 

Geen werkzaamheden

 

Daarnaast betoogt Payroll dat zij Finepro op grond van de overeenkomst niet, althans niet volledig hoeft te betalen, omdat Finepro tussen 15 maart 2020 en 15 juli 2020 geen werkzaamheden voor Payroll heeft uitgevoerd. De kantonrechter oordeelt daarover als volgt. In beginsel hoeft Payroll Finepro uit hoofde van de overeenkomst alleen te betalen als er werkzaamheden zijn verricht.

 

In aansluiting op het voorgaande, geldt in dit geval echter dat Finepro door toedoen van Payroll de werkzaamheden niet kon uitvoeren. Finepro kan daarvan geen verwijt worden gemaakt. Payroll schoot (als eerste en zonder juridische grond) tekort in het nakomen van haar verplichtingen uit de overeenkomst, namelijk Finepro in staat te stellen de uitvoering van de overeenkomst mogelijk te maken.

 

Het verweer van Payroll, inhoudende dat Finepro geen werkzaamheden heeft verricht, waardoor Payroll geen enkele vergoeding, dan wel slechts 50% van de overeengekomen vergoeding aan Finepro verschuldigd is, slagen daarom niet.

 

Op grond van het bovenstaande is de kantonrechter van oordeel dat Payroll toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst, door Finepro ten onrechte zonder rechtsgrond per 15 maart 2020 niet meer in de gelegenheid te stellen werkzaamheden te verrichten.

 

Payroll zal Finepro moeten betalen voor de misgelopen werkzaamheden over de resterende duur van de opdracht tot 15 juli 2020. De vordering tot betaling van de hoofdsom van € 9.196,00 zal daarom worden toegewezen. 

 

 

De hierboven weergegeven casus is een samenvatting. De volledige uitspraak is te vinden:  

 

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBOVE:2021:1884&showbutton=true

 

Home

 

Opmerking: De met * gemarkeerde velden zijn verplicht.