Betaling facturen voor twee projecten: website en applicatie.
Trive ontwikkelt, produceert, geeft software uit en adviseert en ondersteunt klanten op het gebied van IT.
Gedaagde exploiteert eveneens een IT-gerelateerde onderneming en is consulent op het gebied van videogames.
Trive heeft werkzaamheden voor gedaagde uitgevoerd.
Na het uitvoeren van werkzaamheden heeft Trive voor € 17.913,01 aan facturen naar gedaagde gestuurd. Gedaagde weigert te betalen. Daarom besluit Trive om gedaagde te dagvaarden voor het kantongerecht.
Beoordeling door kantonrechter
Ten aanzien van de website heeft Trive een overeenkomst in het geding gebracht waarvan gedaagde (aanvankelijk) heeft betwist dat hij die voor akkoord had ondertekend. Trive heeft echter een e-mail van 1 oktober 2019, waarbij gedaagde de door hem ondertekende overeenkomst aan Trive heeft geretourneerd, overgelegd en ook toegelicht dat hier sprake is van digitale ondertekening. Daarmee staat voldoende vast dat partijen gebonden zijn aan hetgeen in die overeenkomst is opgenomen.
Blijkens de overeenkomst is gedaagde verplicht om te betalen voor de door Trive voor hem verrichte werkzaamheden, waarbij de gewerkte uren tegen een uurtarief van € 75,- in rekening worden gebracht. Uit de overeenkomst blijkt verder dat gedaagde “product owner” is: hij bepaalt de “deliverables” en is verantwoordelijk voor de progressie, scope en kosten. Hij heeft bovendien steeds inzage in de urenverantwoording en heeft ook de mogelijkheid het aantal uren te limiteren.
Trive heeft verder toegelicht dat “agile” werd gewerkt: partijen werkten op basis van een samenwerkingsappliciatie (Trello) waarin werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden door gedaagde als “to do” werden aangemerkt en werkzaamheden die naar tevredenheid waren afgerond door hem als “done” werden afgevinkt. Trive heeft daarmee duidelijk gemaakt dat gedaagde intensief bij de werkzaamheden betrokken is geweest en dat hij daarover ook een zekere mate van controle had.
Gelet op het voorgaande kunnen de verweren van gedaagde dat de kwaliteit van het geleverde onvoldoende was en dat er te veel uren zijn gedeclareerd niet slagen. Indien Trive op enig punt jegens gedaagde niet aan haar verplichtingen had voldaan of buiten de opdracht had gewerkt, had gedaagde namelijk kunnen en moeten ingrijpen. Dat heeft hij nagelaten.
Zijn verweer dat hij meermaals heeft geklaagd, is op geen enkele wijze onderbouwd en wordt daarom gepasseerd.
Dat laatste geldt ook voor het verweer dat pas achteraf bleek dat gedaagde de website niet zonder een nader abonnement met Trive kon beheren en onderhouden. Gedaagde heeft onvoldoende onderbouwd dat hij bij het verlenen van de opdracht als eis had gesteld dat hij zelf het onderhoud en beheer moest kunnen doen. Verder is hij steeds zodanig intensief bij de werkzaamheden betrokken geweest dat hij al in een veel eerder stadium had kunnen en moeten aangeven dat niet werd voldaan aan zijn wens tot eigen onderhoud en beheer.
De omstandigheid dat Trive de website op enig moment offline heeft gehaald, ontslaat gedaagde niet van zijn verplichting om de facturen te betalen. Aangezien gedaagde ondanks aanmaningen niet voldeed aan zijn verplichting om de facturen te betalen, was Trive namelijk gerechtigd om haar verplichtingen jegens gedaagde op te schorten, waaronder het online hosten van de website. Trive heeft overigens ook tijdig aangekondigd dat zij hiertoe zou overgaan als gedaagde niet voldeed aan haar sommaties.
Het verweer van gedaagde dat hij niet in gebreke is gesteld, kan evenmin slagen. Hij is immers meerdere malen door zowel Trive als haar gemachtigde schriftelijk gesommeerd tot betaling. Blijkens het app-verkeer heeft Trive ook via dat medium aangedrongen op betaling. Dat gedaagde zich ervan bewust was dat hij moest betalen, blijkt wel uit zijn app-berichten waarin hij telkens toezegt voor betaling te zullen zorgdragen.
App Bon!
Voor wat betreft de app Bon! ligt er wel een overeenkomst (proposal) waarin Trive als opdrachtnemer en gedaagde als opdrachtgever is vermeld, maar deze is door partijen niet getekend.
Uit de correspondentie kan worden afgeleid dat gedaagde heeft ingestemd met het door Trive voor zijn rekening verrichten van de werkzaamheden inzake de app Bon! en dat hij daarbij ook betrokken is geweest. In een e-mail zegt gedaagde toe dat hij “10K” voor zijn rekening zal nemen. Gedaagde is dat bedrag dan ook verschuldigd.
Zijn verweer dat voor de app Bon! niet meer dan het idee is opgeleverd, kan gelet op het voorgaande niet slagen. Dat was gedaagde immers ook bekend op het moment dat hij de toezegging tot betaling deed. Hij was er, mede gelet op de opdracht inzake de website en het hem toegestuurde proposal inzake de app Bon! ook mee bekend dat Trive factureerde op basis van gewerkte uren en niet op basis van behaalde resultaten. Verder volgt uit het proposal dat ook aan de conceptfase van de ontwikkeling van de app werkzaamheden verbonden zijn zoals het voeren van brainstormsessies.
Conclusie
De conclusie is dat geen van de door Gedaagde gevoerde verweren slaagt en de kantonrechter de vordering van Trive zal toewijzen.
De hierboven weergegeven casus is een samenvatting. De volledige uitspraak is te vinden:
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBNHO:2021:6513&showbutton=true