Ontbindingsverzoek. Reorganisatie. Uitwisselbaarheid van functies.

 

Intratuin verzoekt de ontbinding van de arbeidsovereenkomst per 1 mei

2014 met [verweerster] op grond van een gewichtige reden, bestaande

uit een wijziging van omstandigheden.

 

Die wijziging van omstandigheden zou hierin gelegen zijn dat Intratuin ten gevolge van de economische situatie genoodzaakt is een reorganisatie door te voeren, ten gevolge waarvan de arbeidsplaats van [verweerster] is komen te vervallen.

 

[verweerster] is sedert 25 november 1996 bij Intratuin in dienst en wel in de functie van Medewerker Magazijn.  

 

Intratuin heeft omstandig uitgelegd dat zij een franchisenemer is met een franchisecontract met Intratuin Nederland B.V. In dat contract hebben alle franchisenemers van Intratuin Nederland B.V. zich verplicht het beleid van Intratuin Nederland B.V. door te voeren.

 

De bedrijfsresultaten van Intratuin vertonen een neerwaartse trend en in zo’n situatie dient een bedrijf in te grijpen, al dan niet langs de weg van een reorganisatie.   

 

Reorganisatie

 

De wijze waarop die reorganisatie plaats heeft behoort toe aan de onderneming zelf. In de onderhavige situatie heeft Intratuin er voor gekozen om verplicht deel te nemen aan een nieuw automatiseringssysteem en een nieuw logistieksysteem, ten gevolge waarvan op de afdeling automatisering /administratie en in het magazijn een forse werkvermindering zal optreden. In concreto komt het er op neer dat de 6 medewerkers van het magazijn hun arbeidsplaats verliezen.

 

 

[verweerster] is de mening toegedaan dat de werkzaamheden in het magazijn weliswaar sterk zijn afgenomen, maar dat zij zeer wel inzetbaar is op de afdeling verkoop. Vele jaren heeft zij daar gewerkt en heeft zij zich de benodigde kennis van zaken eigen gemaakt, zodat zij zonder enig probleem op die afdeling kan werken.

 

Uitwisselbaarheid van functies

 

Dit verweer merkt de kantonrechter aan als een beroep op de onderlinge uitwisselbaarheid van functies. Indien de functie van medewerker magazijn en de functie van medewerker verkoop onderling uitwisselbaar zijn, dan zouden immers ook alle medewerkers van de afdeling verkoop mee moeten doen in de carrousel om de overblijvende arbeidsplaatsen.

 

Die stelling van [verweerster] is echter onjuist. Het is zeker niet waar dat alle medewerkers van het magazijn zonder meer de functie van medewerker verkoop zouden kunnen vervullen. Het moge dan wellicht zo zijn dat in het specifieke geval van [verweerster] zich die situatie voordoet, dat wil nog niet zeggen dat die situatie voor alle medewerkers van het magazijn en de verkoop geldt. Het moet immers gaan om onderling uitwisselbare functies.

 

In het geval van [verweerster] zou hooguit sprake kunnen zijn van een functie, die [verweerster] zelf zeer goed zou kunnen vervullen. Daarvoor is dan nodig dat er op de afdeling verkoop een vacature is, althans een door [verweerster] te vervullen functie voorhanden is, maar de kantonrechter heeft niet begrepen dat zo’n functie vacant is. [verweerster] heeft ook niet kunnen duiden dat zich zo’n situatie voor doet.

 

Aan een beëindiging van het dienstverband valt derhalve niet te ontkomen.

 

De hierboven weergegeven casus is een samenvatting, de volledige uitspraak is te vinden via de onderstaande link met rechtspraak.nl:  

 

 

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBOVE:2014:2057

  

 

Home 


Wilt u meer weten over het bovenstaande onderwerp, of heeft u andere vragen aan Schölvinck-Incasso? Dan kunt u mij bereiken via 06-46 40 63 26, of gebruik het formulier hieronder om contact met mij op te nemen. U krijgt binnen 24 uur een reactie op uw e-mail.

Opmerking: De met * gemarkeerde velden zijn verplicht.